Wedstrijden worden gespeeld in sets, die op hun beurt een bepaald aantal punten hebben. Het team dat als eerste 21 punten behaalt, is de winnaar bij zaalvolleybal. In het geval van beachvolleybal is dit 25. Punten kunnen worden gewonnen als de bal in het teamgebied van de tegenstander stuit of een out-of-bounds bal wordt geraakt.
Ook als een lid van het andere team het centrale net aanraakt of de bal niet over het net wordt teruggeslagen of niet wordt gevangen door een lid van het andere team. Ten slotte, als er een grensoverschrijding is door het andere team tijdens het serveren van de bal.